1. In deze smalle doorgang heeft de fietser uit tegengestelde richting voorrang:
Ja, als zwakke weggebruiker
Neen, het gaat niet om een motorvoertuig
Neen, het is geen groot voertuig
2. Zie afbeelding
Rijbaan deels voorbehouden voor zwakke weggebruikers
Woonerf
Rijbaan deels voorbehouden voor zwakke weggebruikers en rijwielen categorie A
3. De politierechter zal een rijverbod uitspreken bij een snelheidsovertreding in de bebouwde kom van sneller dan:
20 km/h
30 km/h
40 km/h
4. Het niet dragen van de veiligheidsgordel betreft een verkeersinbreuk in welke graad?
1e graad
2e graad
3e graad
5. Mijn wagen is defect gevallen buiten de bebouwde kom. Ik zet mijn knipperlichten op en plaats mijn gevarendriehoek:
Ja, op 30m afstand
Ja, op 100m afstand
Neen, de knipperlichten volstaan
6. Zie afbeelding
Verbod voor vrachtvervoer van meer dan 3,5t om sneller te rijden dan 50 km/h
Verboden doorgang voor voertuigen trager dan 50 km/h
Snelheidsbeperking tot 50 km/h
7. Zie afbeelding
Enkel voor fietsen en bromfietsen
Fietsers volgen deze weg
Enkel zwakke weggebruikers toegelaten
8. Zie afbeelding
Snelheidsregelaars verboden
Einde van alle plaatselijke verbodsregels
Verboden vervoer gevaarlijke stoffen
9. Ik heb een ongeval. Er is weinig schade aan de voertuigen:
Ik moet mijn wagen aan de kant laten
Ik onderneem niets totdat de politie ter plaatse is
Ik plaats mijn voertuig aan de kant na vaststelling door de politie
10. Ik wil links afslaan aan deze kruising. De bestuurder links van mij moet mij voorrang geven:
Ja
Neen
11. Op deze autostrade:
Is dit de juiste rijrichting
Is dit de tegengestelde rijrichting
12. Ik sla rechts af aan deze kruising. Ik moet voorrang verlenen aan de bestuurder:
Ja
Neen
13. Op deze kruising geldt de juiste volgorde:
Fietser A - bestuurder B - bestuurder C
Bestuurder B - fietser A - bestuurder C
Fietser A - bestuurder C - bestuurder B
14. Mijn defecte wagen wordt getrokken door een sleepkabel op een weg met drie baanvakken. Onze snelheid hier beperkt zich tot maximaal:
25 km/h
50 km/h
90 km/h
15. Bij het beklimmen van een helling bemerk ik een verlies aan trekkracht van mijn voertuig:
Ik schakel een versnelling lager
Ik schakel een versnelling hoger
Ik schakel naar neutraal
16. Zie afbeelding
Voorrangsweg binnen 200m
Voorrangsweg eindigt binnen 200m
Voorrang van rechts binnen 200m
17. Ruiters dienen de wegcode te respecteren:
Ja, tenzij op priv?terrein
Neen
18. Zie afbeelding
Weg loopt dood
Rechtsomkeer toegestaan
Volg de rijrichting op het rond punt
19. Zonder ABS wordt een noodstop best uitgevoerd door:
De wielen te blokkeren met heel harde remstoten
Het gaspedaal zachtjes harder in te drukken
Hard het rempedaal in te drukken en onmiddellijk los te laten, alvorens het opnieuw in te drukken
20. Bij het verlaten van een priv?parking rijd ik tegen een andere auto. De schade is niet groot, maar als ik wegrijd kan ik toch nog vervolgd worden:
Ja, een auto wordt beschouwd als altijd onderhevig aan de wegcode
Ja, want ik ben op een openbare plaats
Neen, want ik bevind me niet op de openbare weg
21. In deze zone dien ik mijn parkeerschijf te gebruiken
Ja
Neen
22. Dienen voetgangers de wegcode te volgen?
Ja
Neen
23. De zijkant van een autoband draagt het opschrift 195/65 R16 91 H. Wat betekent het nummer 195?
De diameter van de velg in duim
De breedte in mm van het loopvlak
De maximale lading in kg dat de band kan dragen
24. Zie afbeelding
Smalle doorgang - U heeft voorrang
Verboden doorgang voor gemotoriseerd verkeer
Smalle doorgang - U heeft geen voorrang
25. Zie afbeelding
Autovrije zone
Geen doorgang
Begin LEZ
26. Ik ben de bestuurder van de groene auto. Op deze eenrichtingsweg met meerdere rijstroken ben ik sneller dan de rode auto links van mij. Ik moet daarom:
Vertragen, en achter het rode voertuig wachten tot ik links voorbij kan steken
In mijn rijvak blijven
Vertragen om niet op gelijke hoogte te komen
27. Deze bestuurder wil links afdraaien. Ik moet voorrang geven:
Ja, want hij komt van rechts
Neen, hij verandert van richting
28. Om te vermijden in de verkeerde richting de autostrade op te rijden, dient men te letten op de verkeersborden:
Aan de rechterkant van de rijbaan
Aan de linkerkant van de rijbaan
29. Als ik van een onverharde weg een normale geasfalteerde weg wil oprijden, geef ik voorrang aan:
Iedereen
Alle bestuurders
Alle bestuurders aan mijn rechterkant
30. Mijn voertuig is 4m lang en ik wil overdag een ladder van 5m lang vervoeren. Ik laat: