Log in Registreer
Bestudeer Theorie
contactlogo Contacteer ons
logo
Bestudeer Theorie
globalicon
Registreer Log in
backarrow Terug

Voorbeeld Test #93

1. Een slachtoffer van een ongeval heeft een arm die erg hard bloedt:
Ik plaats een tourniquet om de pols

Ik plaats een tourniquet op de bovenarm

Ik druk op de wonde met een verband

practice
2. Zie afbeelding
Verboden voor alle gemotoriseerd verkeer

Rijden toegestaan op twee rijstroken

Verboden voertuigen met meer dan twee wielen links in te halen

practice
3. Uw voertuig werd geflitst door een snelheidscamera. Naar wie wordt de boete gestuurd?
De titularis van de nummerplaat

De verzekeringsmaatschappij

De eigenaar van het voertuig

practice
4. Ik rijd op deze autostrade buiten de bebouwde kom op de middelste rijstrook:
Ja, om zo weinig mogelijk andere bestuurders te hinderen

Ja, ik mag rijden waar ik wil

Neen, ik moet steeds op de rechter rijstrook rijden tenzij ik wil inhalen

practice
5. Aan het bord van een bushalte mag ik even stoppen om mijn passagier te laten uitstappen
Ja

Neen

practice
6. Deze bestuurder wil links afdraaien. Ik moet voorrang geven:
Ja, want hij komt van rechts

Neen, hij verandert van richting

practice
7. Aan deze kruising rijd ik rechtdoor:
Ik heb voorrang

Ik geef voorrang aan links en rechts

Ik moet eerst stoppen

practice
8. Zie afbeelding
Voetgangers niet toegestaan

Einde van de werf

Zebrapad

practice
9. Zie afbeelding
Stoppen - U heeft geen voorrang

U heeft geen voorrang

Verboden doorgang voor gemotoriseerd verkeer

practice
10. Op deze kruising geldt de juiste volgorde:
Fietser A - bestuurder B - bestuurder C

Bestuurder B - fietser A - bestuurder C

Fietser A - bestuurder C - bestuurder B

practice
11. Wanneer ik 120 km/h rijd, laat ik circa 80m afstand tussen mezelf en mijn voorligger
Dit is genoeg

Dit is voldoende bij droog weer, maar onvoldoende op een nat wegdek

Dit is onvoldoende

practice
12. Koetsiers moeten in het bezit zijn van een rijbewijs:
Categorie B

Categorie C

Geen

practice
13. Zie afbeelding
Daal voorzichtig aan maximaal 50 km/h

Hoog stijgingspercentage

Daal voorzichtig

practice
14. Ik kan niet anders dan om deze geparkeerde auto te rijden:
Ik stop en geef voorrang

Als eerste bij de hindernis heb ik voorrang

De tegenliggers moeten mij sowieso voorrang geven

practice
15. Bij een alcoholcontrole test ik 'A' (tussen 0,22 en 0,35 promille). Ik riskeer:
Een tijdelijk rijverbod van 3 uur

Een tijdelijk rijverbod van 6 uur

Een tijdelijk rijverbod van 12 uur

practice
16. Ik wil links afslaan. De andere bestuurder wil ook links afslaan. Ik moet voorrang verlenen:
Ja

Neen

practice
17. Zie afbeelding
Vak voorzien voor rijwielen

Fietsers hebben voorrang

Fietsers verplicht op fietspad

practice
18. Bij zomerse temperaturen worden onder invloed van de zon uitlaatgassen omgezet in:
Benzeen

Ozon

Zwaveldioxide

practice
19. Zie afbeelding
Enkel fietsen en brommers toegelaten

Aangewezen weg voor fietsverkeer

Weg loopt dood voor gemotoriseerd verkeer

practice
20. Vanaf dit bord is parkeren verboden tussen de 16e en de laatste dag van de maand:
Ja

Neen

practice
21. Bij normaal verkeer is de minimale snelheid op de autostrade in Belgi?:
50 km/h rijden

60 km/h

70km/h

practice
22. Ik mag dit voertuig inhalen:
Ja

Neen

practice
23. Wanneer ik 120 km/h rijd, laat ik circa 50m afstand tussen mezelf en mijn voorligger
Dit is genoeg

Dit is voldoende bij droog weer, maar onvoldoende op een nat wegdek

Dit is onvoldoende

practice
24. Wanneer ik een verkeersplateau nader beginnen er rode lichten te knipperen:
Ik laat mijn motor draaien

Ik laat verplicht mijn motor draaien

Ik moet mijn motor afzetten

practice
25. Ik begin aan een lange afdaling, dus:
Rem ik met de handrem

Rem ik met de voetrem

Rem ik met de motorrem

practice
26. Zie afbeelding
Verboden voor vervoer gevaarlijke of ontplofbare stoffen

Verboden voor vervoer gevaarlijke stoffen

Verboden voor vervoer gevaarlijke vervuilende stoffen

practice
27. Hoe natter het wegdek, hoe:
Langer de reactietijd

De remafstand

De afstand tussen de voertuigen op de weg

practice
28. Ik heb met mijn wagen een motorrijder overreden. Deze blijft op de weg liggen:
Ik help door de helm af te nemen

Ik laat de helm op

Nooit de valhelm van een gewonde motorrijder zelf afnemen

practice
29. Ik maak mij schuldig aan vluchtmisdrijf wanneer ik niet stop:
Nadat een agent mij een bevel tot stoppen heeft gegeven

Nadat ik een verkeersongeval heb zien gebeuren

Nadat ik betrokken was in een verkeersongeval

practice
30. Ik wil links afslaan aan deze kruising. De bestuurder rechts van mij heeft voorrang:
Ja

Neen

practice